De Profeet Jona
De Profeet Jona
Zingen Psalm 61 vers 1
Lieve vrienden en vriendinnen,
Vanavond wil ik het met jullie gaan hebben over het Bijbelboek Jona. Maar eerst wil ik met jullie eens kijken, wat we eigenlijk al weten van Jona.
Tja, wie kent de geschiedenis van Jona nu niet? Maar nu wil ik met jullie eens wat verder kijken. Want wie is Jona eigenlijk? Laten we beginnen met zijn naam. De naam Jona betekent: God is verzoenend. Maar als wij meer van hem willen weten, moeten we kijken in de Bijbel. Want, Jona’s naam wordt eerder genoemd, namelijk in 2 Koningen 14 vers 25, waar het gaat over Koning Jerobeam II, die een stuk land heroverd.
Hij bracht ook weder de landpale van Israël van den ingang van Hamath, tot aan de zee van het vlakke veld; naar het woord des HEEREN, des Gods van Israël, dat Hij gesproken had door den dienst van Zijn knecht Jona, den zoon van Amitthai, den profeet, die van Gath-hefer was.
Hier zien wij dus Jona’s achtergrond. Hij leefde ten tijde van Koning Jerobeam II, dat is ongeveer 750 jaar voor de geboorte van Jezus. Ook zien wij dat hij een profeet was in Israël. Hiermee bedoel ik, het noorden, want zoals jullie wellicht weten, is er na Salomo een scheuring gekomen, waardoor Israël in 2 stukken werd verdeeld: Het noorden, wat Israël heette, en het zuiden, wat men Juda noemde. Hij was dus een profeet, onder de regering van Koning Jerobeam II, in Israël, het noordrijk. Hij was de zoon van Amitthai en kwam uit het plaatsje Gath-hefer.
Nu wil ik met jullie een stukje lezen uit het boek Jona, namelijk, hoofdstuk 1 (tot vers 16).
Wanneer wij dit hoofdstuk zouden bespreken, dan kunnen wij de volgende punten uit dit hoofdstuk leren, met betrekking op ons eigen leven, zoals Kohlbrugge dit ons weergeeft:
Een leerzame geschiedenis hebben wij voor ons, die ons de volgende waarheden doet kennen:
1. Wij willen nooit wat en zoals God wil (vers 1, 2).
2. In plaats van Zijn wil te doen, verwijderen wij ons zo ver van Hem, als onze voeten ons maar kunnen dragen, en betalen liever vracht, om ons op te maken naar de ruime zee (vers 3).
3. De Heere weet ons echter wel te vinden, en slaat er achter ons met zijn storm op in (vers 4).
4. Wij versteken ons dan echter te meer, slapen en snorken alsof er niets om ons heen plaats greep (vers 5).
5. Alles wat ons omgeeft laat ons echter geen rust en wij moeten er aan (vers 6-8).
6. Komt het met ons tot het uiterste, dan wordt het openbaar voor de wereld van Wiens Geest wij kinderen zijn (vers 9).
7. Als het echter bij ons tot het uiterste komt, dan ontzien wij onszelf niet, indien wij waarlijk van de Heere zijn, maar laten ons over boord werpen (vers 10-15).
8. Laten wij ons over boord werpen, dan wordt het wel een hellevaart, maar vanonder zijn armen van eeuwige liefde, die ons opvangen (vers 17).
Maar vandaag wil ik met jullie dit boek wat ‘neutraler’ behandelen, en verder kijken dan de tekst alleen.
We hebben dus net gelezen, hoe Jona, een kind van God, een opdracht krijgt, maar in plaats van die op te volgen, wegvlucht. Maar God achtervolgt hem, en verliest hem niet uit het oog.
Opmerkelijk in dit hoofdstuk, is dat de zeelieden vrezen voor hun leven tijdens de storm, maar dat Jona, die wegvlucht voor God, rustig verder slaapt. Wanneer hij wakker wordt, vragen de zeelieden hem God aan te roepen, maar we lezen nergens dat hij in gebed ging, en om behoudenis bad.
Dan wil ik met jullie vervolgens gaan kijken naar Hoofdstuk 2 (Volgorde: H 1 : 17 & H 2 : 1, 10, 2-9)
In hoofdstuk 2 lezen wij de psalm van Jona. Jona is gevlucht voor God, maar door Gods handelen in zee geworpen en opgeslokt door een vis, waar hij 3 dagen en 3 nachten heeft moeten doorbrengen. Dat is al een wonder op zich, want normaal zou men in de buik van een vis verteerd worden.
Je zou verwachten dat Jona een klagenpsalm zou schrijven, gezien de ellende die hem is overkomen. Eerst een grote storm, en dan opgeslokt door een vis. Toch zien wij hier geen klagen, maar een dankgebed. Jona dankt de Heere.
Waarom zou Jona God danken, na al deze rampen die hem is overkomen? Als we goed kijken, dan zien we dat Jona God dankt, omdat hij gered is. Jona was in de zee geworpen, en dreigde te verdrinken. Maar God beschikte over een vis, die hem opslokte. Dat is Jona’s redding geweest! Zo zien we, dat God Zijn kind niet alleen laat, hoe koppig hij of zij ook is, hoe ongehoorzaam ze op momenten ook kunnen zijn.
Wat wel opvalt in dit hoofdstuk, is wat Jona over zichzelf zegt. In vers 4 zegt hij dat hij erop vertrouwde dat hij de tempel weer zou zien. Anders gezegd, hij vertrouwde erop dat hij niet zou sterven in de maag van de vis. Je zou zeggen, dat dit logisch is, gezien hij een kind van God was. Maar als we terugkijken naar hoofdstuk 1, waar hij wegliep voor God, dan is het toch wonderlijk dat hij zo snel in de nood de vrijmoedigheid vond om hierop te vertrouwen. Want, wanneer wij iemand beledigen of bedriegen, dan duurt het vaak wel een tijd voordat wij hem of haar weer recht durven aan te kijken.
Dan wil ik met jullie gaan kijken naar hoofdstuk 3.
Bij vers 1 begint het opmerkelijke. Voor de 2e maal beveelt God dat Jona naar Ninevé moet, om tegen haar te prediken. Ditmaal gaat Jona wel op weg naar die grote stad. Dus pas in hoofdstuk 3 vers 2 en 3 wordt het bevel wat God in hoofdstuk 1 al gaf, opgevolgd.
Jona gaat naar Ninevé en predikt haar ondergang. Over 40 dagen wordt deze stad omgekeerd! Maar.. Ninevé bekeert zich! Tja, dat is toch niet zo bijzonder? Of wel?
Als wij nog eens goed naar de tekst kijken, dan zien wij een aantal opvallende dingen:
Als wij nog eens goed naar de tekst kijken, dan zien wij een aantal opvallende dingen:
1. De stad krijgt haar ondergang te horen, maar nergens lezen wij dat zij dit oordeel kunnen afwenden.
2. Jona verkondigde dus wel het oordeel, maar Gods naam is nooit genoemd
3. Aangezien er geen ontmoeting tussen de koning van Ninevé en Jona staat beschreven, kunnen wij er vanuit gaan dat de koning dit via via heeft moeten horen. En zonder ook maar iets aan Jona te vragen, of hem maar even te zien, beveelt de koning dat iedereen zich moet bekeren
4. Dit geldt niet alleen voor de mensen, maar zelfs de dieren moeten zich bekeren tot God
Zingen Psalm 66 vers 3
~Pauze~
Dan gaan we verder naar hoofdstuk 4 (vers 1 – 5)
In hoofdstuk 4 lezen we dat Jona verschrikkelijk verdrietig is. Ja hij is zelfs zo ongelukkig, dat hij wenst te sterven. Wat hier zo wonderlijk is, is dat hij wenst te sterven omdat God genadig is. Omdat God mensen in het leven behoudt. Het is alsof hij zegt: Als zij niet sterven, laat dan mij sterven. Hij stelt God als het ware voor een keus. Of zij, of ik. Ik hoop dat jullie allemaal, net als mij, niet begrijpen wat Jona hier bezielt. Hoe kan iemand nu zo een ander dood wensen? Want zover wij weten, is er tussen Jona en de Ninevieten niets voorgevallen. Toch wenst hij dat ze allemaal dood waren. Ja hij zag er eigenlijk naar uit om de omkering van de stad te prediken. Maar hij is gevlucht toen God hem hiervoor riep, omdat hij in zijn hart al wist, dat zij zich zouden bekeren, en dat God genadig zou zijn. Wat een vreselijke ellendige gedachte had deze profeet. Misschien dat we aan het einde van de inleiding wat duidelijkheid zullen krijgen op deze kwade gedachte van Jona. Maar ook is Jona boos. God vraagt hem of hij oprecht boos is (met een goede reden) maar Jona beantwoord het niet.
Dan lezen we nu weer verder (hoofdstuk 4 vers 6 – 11)
Een wonderlijke geschiedenis. God laat een wonderboom uit de aarde opkomen, om Jona wat schaduw te geven, en op deze manier een ‘meevaller’ te geven in zijn bedroefde leven. Want al vanaf hoofdstuk 1, gaat het niet zoals Jona het wil. En het helpt. Jona word ‘verblijdt’ door deze boom. Hij is weer vrolijk, en ziet de zin van het leven weer.
Maar het blijkt dat dit niet is wat God wil. Jona is weer vrolijk gestemd, maar het is maar voor een korte duur. God zorgt ervoor dat de boom verdord door een worm in de boom te ‘planten’.
Ook liet God een stille oostenwind waaien. Dat is een wind, die je vrijwel niet voelt waaien, en die geen verkoeling verschaft, waardoor Jona amechtig werd; dat wil zeggen, hij bezweek van de hitte van de zon.
En opnieuw wenst Jona, door deze tegenslag te sterven. En opnieuw vraagt God hem, of hij met een eerlijke reden boos is. Ditmaal antwoord Jona dat hij met een eerlijke reden boos is. Dan confronteert God hem met zijn slechte gedachten over Ninevé. De wonderboom wordt als een gelijkenis gebruikt, waarmee God laat zien dat, zoals Jona wenst dat de boom (die Jona niet gemaakt heeft) in leven had moeten blijven, God des te meer Ninevé, die grote stad met vele inwoners, die Hij geschapen heeft, en die berouw van zonden hadden (tot de dieren toe), dat God des te meer die stad in leven wil houden. (In dit laatste vers laat God dus als het ware Zijn gevoelens zien wanneer Hij spreekt over het sparen van Ninevé).
Dan zijn we nu aan het einde gekomen van het boek Jona. Een boek met veel verschillende verhalen, met vele wonderlijke gebeurtenissen, en onbegrijpelijke onmenselijke gedachten. Een bijzonder boek. Een boek waarvan geen gelijke in de Bijbel gevonden wordt.
Ik hoop dat jullie wat meer zicht hebben gekregen op de bijzondere gebeurtenissen in het boek Jona, als ook de moeilijke vraagstukken die we voorbij zijn gelopen. Ja ik hoop dat het dit boek voor jullie vanavond meer vragen heeft opgeleverd dan antwoorden. Want zelfs in zo’n bekend boek, staan nog moeilijke en onbegrijpelijke dingen.
Dan zijn we nu toegekomen aan het slot, en aan het hoofddeel van deze inleiding. Want we zijn het hele boek langsgelopen, en hebben elk hoofdstuk apart behandeld vanavond. Maar, afgezien van de aparte hoofdstukken en verhalen, wat heeft het boek Jona in zijn geheel ons te vertellen?
Zoals we hebben gelezen, kunnen we het boek in 4 hoofdstukken verdelen.
De eerste 2 verhalen spelen zich af op zee, namelijk:
- Jona aan boord van het schip
- Jona in de buik van de vis
De andere 2 verhalen zouden we kunnen weergeven als de verhalen die zich afspelen op het land, namelijk:
- Jona’s prediking & de bekering van Ninevé
- Jona’s worsteling met Gods manier van omgaan met oordeel en redding. (oftewel, Gods genade)
Het boek Jona tekent Gods barmhartigheid richting de heidenen, en tekent ook een vermaning richting Israël. Jona staat als enige Israëliet in het boek voor Israël. Hoewel hij een profeet des Heeren was, deed hij alles om maar niet Gods opdracht te hoeven uitvoeren. En toen hij het toch deed, was dit zeer ongewillig. Toen Ninevé tot berouw kwam, en God hen niet strafte, viel Jona in een diepe depressie en was hij boos op God. Jona heeft geen contact meer met God op dat moment (totdat God hem weer benaderde). Zo was het ook met Israël.
Met betrekking op Jona’s hoop op de dood van de inwoners van Ninevé, daarover kunnen we het volgende zeggen:
Ninevé was de hoofdstad van Assyrie, het land dat Israël constant lastig viel. Jona vond dat Israël beter verdiende dan dat God haar vijanden vergeving schonk. Israël hoopte op de vernietiging van de vijanden (zoals we dat ook vaak in psalmen kunnen lezen) maar in deze situatie vergeeft God hen. Jona als een Israëliet, was dus in oorlog met hen. Dit kan de reden zijn dat Jona hoopte op de dood van de Ninevieten, zoals ook mensen in de 2e wereldoorlog hoopten op de dood van Hitler en alle andere Nazi’s.
Ook leren we hieruit dat God niet enkel de God van Israël was, maar ook God van deze gehele wereld. God toont dit ook doordat hij Jona terugroept door de natuur: De vis, de wonderboom, een worm en een verschroeiende oostenwind. (1:17 & 4:6,7,8)
Hij is de God van Israël, Ninevé en van de gehele schepping.
Met oog op het Nieuwe Testament.
Het boek Jona heeft ook betrekking op het nieuwe testament:
- Zoals het evangelie in Jona tot de Ninevieten komt, zo komt ook het evangelie tot de heidenen.
Het is wonderlijk hoe God, die zich in het Oude Testament enkel op Israël richt, zich nu richt op de heidenen. Dit is ook een verwijzing naar het Nieuwe testament, waar het evangelie daadwerkelijk de heidenen toekomt.
- Christus kwam als Redder van de wereld, en niet enkel als Redder van Israël.
Zoals dus het evangelie tot de heidenen kwam, zo wijst ook het oude testament al op het offer van Christus: Niet het offer van Christus voor Israël, maar het offer van Christus voor de gehele wereld.
- Zoals Jona sliep tijdens een zware storm, zo sliep ook Jezus. Dit alles in vertrouwen op God.
- Christus vergelijkt zichzelf met Jona:
In Mattheus 12 vers 40, waar Hij zegt:
Want gelijk Jonas drie dagen en drie nachten was in den buik van den walvis, alzo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten wezen in het hart der aarde. (Hierover spreekt hij ook in Lukas 11 vers 29)
Zo zien we dat Jona’s 3 dagen en nachten in de vis, dus al een beeld zijn van Christus, die 3 dagen en 3 nachten begraven was; Daar stopt het verhaal niet, maar het gaat verder, zoals ook Jona’s leven verder gaat; Christus stond op als Overwinnaar
- Jezus is de meerdere Jona: Jona ging met tegenzin prediken om een stad te redden, maar Jezus gaf vrijwillig zijn leven om een ontelbare schare te redden.
Zingen Psalm 121 vers 4
Vanavond hebben we samen gekeken naar het gehele Bijbelboek Jona. Normaal zoeken wij naar een bepaald gedeelte, om dat te behandelen aan de hand van vragen. Nu had ik deze avond echter een andere boodschap in mijn hoofd, namelijk; Het kijken naar een Bijbelboek in zijn geheel. Wat bedoel ik daarmee? Ik bedoel hiermee, het kijken naar de boodschap die een Bijbelboek in zijn geheel ons geeft. Een Bijbelboek zit vol boodschappen aan ons, maar ook het Bijbelboek zelf heeft een verhaal te vertellen. Dit hebben we vanavond gezien bij het boek Jona. 4 verhalen met daarachter nog een grote boodschap.
Ik hoop dan ook dat dit jullie allemaal is opgevallen. Het is een nieuwe manier van Bijbellezen. Niet altijd door dezelfde bril, maar door een andere bril, die kijkt naar het geheel.
Wat ik vooral belangrijk vond om aan te duiden is:
- Wat weten wij al van een bepaald Bijbelboek?
- Wat is de achtergrond (de geschiedenis) van dit verhaal
- Welke relatie heeft dit verhaal met het Nieuwe Testament?
- Wat betekend dit Bijbelboek in zijn geheel voor ons, in onze tijd?
Hoewel ik op het laatste punt wat minder ben ingegaan, hoop ik toch, dat jullie hebben gezien waar ik naartoe wil. Ik hoop dan ook van harte, dat jullie, wanneer jullie een Bijbelboek lezen, niet alleen het boek opsplitsen in gedeelten, maar ook kijken naar de boodschap van een heel boek.
Reacties
Een reactie posten